Junon
Fall-Winter 1949 Haute Couture-collectie, Milieu du siècle-lijn en Spring-Summer 2017 Haute Couture-collectie
De Junon-jurk, het ultieme meesterwerk van Christian Dior werd ontworpen om gedragen te worden op grote gala's. De blauwgroene bloemblaadjes geborduurd door het modehuis Rébé, deden denken aan het verenkleed van de pauw, het dierlijke attribuut van de "koningin der goden", beschermster van het huwelijk en vruchtbaarheid in de Romeinse mythologie. Dit is een van de meest iconische jurken van Dior.
Deze baljurk was volledig vervaardigd uit tule-borduursel, met ontelbare pailletten, voor een spectaculair effect. Het buitengewone vakmanschap werd uitgevoerd door René Bégué, ook wel Rébé genoemd, een van de meest uitzonderlijke borduursters van zijn tijd.
Junon maakte deel uit van de Milieu du siècle-lijn, waartoe ook haar tegenhanger Vénus behoorde, een baljurk uit grijze zijdetule, volledig geborduurd met een verenmotief van pailletten.
Deze twee ontwerpen als ware meesterwerken gaven haute couture de status van het “koninkrijk van dromen”, dat Christian Dior zo dierbaar was.
Junon is opnieuw uitgevoerd door verschillende creatief directeurs van het modehuis. John Galliano in 2010 …
… en Maria Grazia Chiuri in 2017 voor haar eerste haute couture-collectie, met New Junon. Deze Spring-Summer-collectie was het onderwerp van vele hommages en herinterpretaties door de nieuwe creatief directeur, die een ander wending gaf aan de sampler van het modehuis en het transponeerde naar nieuwe vormen en snits.
New Junon was een baljurk van geplooide tule in pasteltinten. Het idee van de bloemblaadjes die structuur gaven aan de rok, kwam direct van Junon, maar dan zonder het borduursel, waardoor het een lichte vorm en vluchtige feel kreeg, een opvallend kenmerk van de jurken uit deze collectie.
In die zin kwam het overeen met het beeld dat Maria Grazia Chiuri aan de haute couture binnen het modehuis wilde geven: een bewaard gebleven herinnering, waarvan de codes zich aanpassen aan de vrouwen van vandaag.
© Laziz Hamani ; © Association Willy Maywald/ADAGP ; © Guy Marineau